18 november 2025
Persbericht
Al bijna 27 jaar beloont het Instituut van de Bedrijfsrevisorende beste inspanningen op het gebied van duurzaamheidsrapportering in België via het initiatief "Belgian Awards for Sustainability Reports (BAS)". De winnaars van dit jaar zijn:
- Orac: Beste eerste duurzaamheidsrapport;
- Recticel: Beste duurzaamheidsrapport in de categorie 'organisaties die onder de CSRD-wet vallen';
- Lamifil: Beste duurzaamheidsrapport in de categorie 'grote organisaties die niet onder het toepassingsgebied van de CSRD-wet vallen';
- Bematrix: Beste duurzaamheidsrapport in de categorie 'KMO's en andere organisaties'
- VPK: Meest leesbare en meest toegankelijke duurzaamheidsrapport (gekozen door het publiek).
In totaal hebben 74 organisaties - een nieuw recordaantal! - hun rapporten ingediend voor de wedstrijd en de prijsuitreiking van vandaag werd gevolgd door zo'n 300 geïnteresseerden.
Dit jaar werden de deelnemende organisaties onderverdeeld in drie categorieën op basis van criteria die verband houden met de gefaseerde invoering van de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD).
- De eerste categorie bestond uit 28 organisaties die onder de CSRD-wet van 2024 vallen’ (CSRD-organisaties).
- De tweede categorie omvatte 36 grote organisaties die in 2024 niet onder het toepassingsgebied van de CSRD-wet vallen en die twee van de drie volgende criteria overschrijden: 250 werknemers, balanstotaal van 25 miljoen euro en netto-omzet van 50 miljoen euro. Deze categorie omvat ook de beursgenoteerde organisaties en organisaties van openbaar belang (OOB's) die niet onder de CSRD-wet vallen.
- De derde categorie omvatte 10 KMO's en andere organisaties (entiteiten met minder dan 250 werknemers, niet-gouvernementele organisaties (NGO's), non-profitorganisaties, federaties en onderwijs- of openbare instellingen).
Oorspronkelijk een milieuprijs, is de BAS vandaag de standaardzetter en enige prijs voor duurzaamheidsrapportering geworden. De editie van 2025 is bijzonder relevant omdat ze plaatsvindt in een context van transitie van de regelgeving, met de omzetting van de CSRD in Belgisch recht eind 2024 en de omnibusvoorstellen die in 2025 veel media-aandacht hebben gehaald en dat nog steeds doen. In deze context heeft het IBR de organisatie van de BAS hervormd door de samenstelling van de jury aan te passen: die bestaat nu uitsluitend uit leden die volledig onafhankelijk zijn van het beroep van bedrijfsrevisor. Daarnaast zijn ook de door de jury gehanteerde evaluatiecriteria herzien, zodat ze aansluiten bij de meest recente ESRS-rapporteringsmethodologie.
De criteria zijn ontwikkeld om de toegevoegde waarde van de BAS voor de deelnemende organisaties aan te tonen. Die criteria zijn gericht op impact en prestaties, maar zijn nog steeds gebaseerd op de algemene doelstelling om best practices te stimuleren in een open en transparante rapportage van de impact, risico's en opportuniteiten van een organisatie (IRO's). Op basis hiervan zijn twee sets criteria opgesteld, één voor de CSRD-organisaties en één voor de niet-CSRD-organisaties.
Alle rapporten die aan de jury werden voorgelegd, werden onderworpen aan een pre-screening door de leden van het IBR/IRE (op basis van het deel over performance in de criteria). Dit resulteerde in een shortlist van duurzaamheidsrapporten (per categorie) die door de juryleden werden gescoord.
De jury van de BAS bestaat uit vertegenwoordigers van overheidsinstanties, maar ook uit de academische en economische sector. De leden van de jury, met inbegrip van de voorzitter, zijn allen onafhankelijk van het bedrijfsrevisoraat en van het IBR-IRE. In de afgelopen jaren zijn winnaars van vorige edities uitgenodigd om plaats te nemen in de jury voor de volgende editie, omdat zij niet in aanmerking komen om een verslag in te dienen in het jaar na hun overwinning.
Trends inzake duurzaamheidsrapportering in België
Materialiteitsanalyse: Focus op wat ertoe doet
De duurzaamheidsrapporten onder het CSRD-kader tonen een sterke adoptie van het concept van Dubbele Materialiteit (DM), waarbij veel organisaties duidelijke DM-matrices presenteren als de voorkeursaanpak voor 2024. De meeste rapporten tonen een robuuste koppeling van geïdentificeerde impacten, risico’s en kansen (IRO’s) aan ESRS-thema’s, KPI’s en doelstellingen, waardoor traceerbaarheid van materialiteit tot op het niveau van de meetgegevens wordt gewaarborgd. Hoewel de transparantie over de methodologie is verbeterd, is er nog steeds behoefte aan verduidelijking over het verband tussen de resultaten van de dubbele materialiteitsoefening en de due diligence-procedures en over de manier waarop uiteenlopende standpunten van belanghebbenden met elkaar worden verzoend. Sectorspecifieke onderwerpen kwamen uitgebreid aan bod en investeringsgroepen stonden voor bijzondere uitdagingen bij het beoordelen van de materialiteit in gediversifieerde portefeuilles, waarbij sommige rapporten goede praktijken op dit gebied lieten zien.
Waardeketenmapping: Van scope naar inhoud
Belgische bedrijven die onder de CSRD-wetgeving vallen, hebben een meer systematische en uitgebreide aanpak laten zien bij het in kaart brengen van hun waardeketens. Juryleden merkten inspanningen op om “hotspots” met hoge impact te identificeren, zoals specifieke leverancierslanden, kritieke grondstoffen en uitbestede processen. Veel organisaties gebruiken leveranciersvragenlijsten, aangevuld met wetenschappelijke studies en audits, om gegevens uit de waardeketen te verzamelen, met name over broeikasgasemissies en sociale risico’s die werknemers in de keten treffen.
Due diligence: Van principes naar praktijk
Due diligence-processen met betrekking tot mensenrechten en milieu-impact worden steeds meer geformaliseerd. Rapporten tonen gestructureerde benaderingen voor risicoscreening, verbeterplannen en monitoring. Toch merkte de Jury op dat de meeste openbaarmakingen principe-gebaseerd blijven, met frequente verwijzingen naar internationale kaders zoals de OESO-richtlijnen en ILO-conventies.
Strategische integratie van duurzaamheid: Van identificatie naar strategie & governance
Een opvallende vooruitgang is de geleidelijke integratie van materiële IRO’s in de algemene strategie van de rapporterende organisaties. Het integreren van materiële duurzaamheidsthema’s en de manier waarop deze worden beheerd in de algemene strategie en het bedrijfsmodel, helpt stakeholders om de prioriteiten van de organisatie te begrijpen en de duurzaamheid van bedrijfsmodellen te beoordelen. Juryleden waardeerden de expliciete betrokkenheid van raden van bestuur en/of duurzaamheidscomités, waarbij duurzaamheidsdoelen steeds vaker gekoppeld worden aan managementverantwoordelijkheden.
Kwantitatieve indicatoren: Voorbij de minimumeisen
Organisaties boeken vooruitgang in het rapporteren van kwantitatieve indicatoren, vooral voor hun eigen activiteiten. Kwantitatieve metingen vergemakkelijken het nadenken over materiële onderwerpen en maken het mogelijk om na te gaan of organisaties op de goede weg zijn om hun ambities te verwezenlijken (“meten is weten”). De Jury benadrukte dat veel deelnemende organisaties entiteit-specifieke indicatoren introduceerden. Deze op maat gemaakte indicatoren weerspiegelen vaak sector-specifieke nuances en bieden rijkere inzichten in prestaties.
Externe assurance: Een sleutelelement voor geloofwaardigheid
De verplichting om duurzaamheidsinformatie te laten controleren blijft een hoeksteen voor het verbeteren van betrouwbaarheid en geloofwaardigheid. De CSRD en de Belgische wetgever identificeren de wettelijke auditors als de natuurlijke en vertrouwde professionals om deze assurance uit te voeren.
Voor bedrijven die onder de CSRD vallen, is externe assurance verplicht. Voor anderen biedt vrijwillige assurance een strategisch voordeel—het helpt om op toekomstige regelgeving te anticiperen en tegemoet te komen aan stijgende verwachtingen van investeerders, financiële instellingen en zakenpartners.
Leesbaarheid en toegankelijkheid: Essentiële ingrediënten voor impactvolle rapportering
Om impactvolle rapporten te creëren, moedigt de Jury organisaties aan om te focussen op een aantrekkelijke visuele vormgeving met minder dense inhoud per pagina en eenvoudige navigatie via duidelijke links en een gestructureerde lay-out. Een goede balans tussen technische inhoud en verhalende storytelling betrekt de lezer nog meer bij het rapport.
Beste eerste duurzaamheidsrapport: Orac
Dit jaar hebben 11 deelnemende organisaties hun allereerste duurzaamheidsverslag ingediend bij de BAS. De Jury heeft het duurzaamheidsverslag van Orac geselecteerd als het beste eerste verslag.
De jury waardeerde verschillende elementen van het rapport van Orac. Dit eerste rapport zet de norm voor nieuwkomers door transparantie, SMART-doelstellingen en een rapportageaanpak geïnspireerd op de Europese ESRS-normen te combineren, hoewel Orac niet onderworpen is aan de CSRD. De jury prees de integratie van de waardeketen, de stakeholdermapping en een gestructureerde due diligence.
Beste duurzaamheidsrapporten per categorie
In de categorie Organisaties die onder de CSRD-wet vallen: Recticel
Recticel onderscheidt zich door een creatief en technisch degelijk rapport. Het combineert een innovatieve visuele presentatie met solide kwantitatieve gegevens, een grondige analyse van de dubbele materialiteit waarbij meer dan 120 belanghebbenden betrokken zijn, en een voorbeeldig due diligence-proces dat in overeenstemming is met internationale normen.
In de categorie van grote organisaties die NIET onder de CSRD-wet vallen: Lamifil
Lamifil onderscheidt zich met een helder en goed gestructureerd duurzaamheidsrapport dat gemakkelijk te lezen is en een volwassen communicatiestijl hanteert. Het rapport toont sterke betrokkenheid van stakeholders, een duidelijke integratie van governance en due diligence in de bedrijfsvoering, en een transparante aanpak die geloofwaardigheid en vertrouwen versterkt.
In de categorie van KMO’s en andere organisaties: Bematrix
Bematrix zet met zijn eerste duurzaamheidsrapport meteen de toon. Het combineert hoge ambities met een duidelijke strategische verhaallijn en een overzichtelijke KPI-tabel, volledig in lijn met de VSME-standaard. Bovendien maakt het creatieve en kleurrijke visuele ontwerp het rapport aantrekkelijk en toegankelijk voor een breed publiek.
Meest leesbare en meest toegankelijke duurzaamheidsrapport: VPK
De jury heeft twee organisaties geselecteerd om deel te nemen aan de competitie voor deze award: Vandemoortele en VPK. Uit deze lijst van twee genomineerden koos het publiek uiteindelijk VPK als winnaar.
Volgens de jury springt het rapport van VPK eruit en wordt het consequent geprezen om:
- Een duidelijke, logische structuur en eenvoudige navigatie.
- Het gebruik van visuele elementen (diagrammen, tabellen, infographics) om het begrip te vergroten.
- Toegankelijke taal, waardoor de rapporten geschikt zijn voor zowel experts als niet-specialisten.
- Een boeiende verhaallijn die duurzaamheid koppelt aan strategie.
- Een evenwicht tussen technische informatie en leesbaarheid.
Download hier het volledige rapport: Trends & remarkable reports 2025
