6 maart 2023

Fernand Maillard, bedrijfsrevisor

Het IBR ondersteunt al vele jaren het beroep van wettelijke auditor en accountant in de Democratische Republiek Congo. En dit na te hebben deelgenomen aan de organisatie van de bekwaamheidsexamens voor de eerste kandidaat-accountants die zijn toegelaten bij de oprichting van de ONEC, en na de opstartvergadering van de ONEC (opgericht bij wet van 19 februari 2015) in Kinshasa in januari 2020 te hebben bijgewoond.

Begin 2023 telt de beroepsgroep 347 actieve accountants (leden natuurlijke personen - vrij beroep), 90 accountantskantoren en 90 niet-actieve accountants (leden met een onverenigbaarheid: het equivalent van onze verhinderde leden).

De ONEC gaat door met het opzetten van de nodige organisatie voor de begeleiding van het beroep.

In het kader van de in oktober 2022 ondertekende overeenkomst tussen het IBR en de ONEC (DRC) met betrekking tot de ONEC-procedures voor zijn accreditatie bij de IFAC, en het addendum van 9 november 2022 waarin het programma voor het eerste samenwerkingsjaar is vastgesteld, heeft een delegatie van het IBR van 18 tot en met 27 januari 2023 een bezoek gebracht aan Kinshasa. De delegatie was samengesteld uit de Voorzitter en de Ondervoorzitter van het IBR en een team van deskundigen op het gebied van de DRC, bestaande uit Thierry Dupont, Daniel van Cutsem, Michel De Wolf en Fernand Maillard. Het bezoek van de delegatie werd volledig ten laste genomen door de ONEC DRC.

In het eerste deel van het bezoek ontmoette de delegatie adviseur Migan die belast is met de opvolging van de accreditatieprocedure van de ONEC bij de IFAC, en vervolgens de voltallige Nationale Raad van de ONEC. Vervolgens werd een bezoek gebracht aan de Voorzitter van de Senaat om het kader van de samenwerking tussen het IBR en de ONEC voor te stellen en aan te dringen op de noodzaak van de steun van de autoriteiten van de DRC met het oog op een sterk beroep van accountants (en rekeningencommissarissen) – een economisch en politiek belang – en op de noodzaak om dienovereenkomstig te zorgen voor het wettelijke en organische kader dat nodig is voor een doeltreffende werking van de ONEC. Een soortgelijk bezoek werd gebracht aan het management van de Algemene Inspectie van Financiën (IGF) en aan het kabinet van de minister van Financiën. De Belgische ambassadeur ontving de delegatie van het IBR samen met een delegatie van de ONEC voor een in zijn residentie georganiseerde avondmaaltijd en om de voortgang van de werkzaamheden voor te stellen.

Na het vertrek van de Voorzitter en de Ondervoorzitter van het IBR heeft het delegatieteam een reeks werkvergaderingen en ervaringsuitwisselingen gehouden met de commissies van de ONEC (de Commissie Kwaliteitscontrole, de Tuchtcommissie, de Commissie Permanente Vorming, de Commissie Register, de Stagecommissie, de Commissie Normen); dit heeft het mogelijk gemaakt om de ervaring van het IBR te delen en informatie uit te wisselen over wat de ONEC reeds heeft bereikt of geïmplementeerd.

De delegatie van het IBR was belast met het presenteren van een vormingssessie van een halve dag die tegelijkertijd fysiek (+/- 140 deelnemers) en op afstand (ongeveer 100 deelnemers) werd georganiseerd, gericht op de regels met betrekking tot kwaliteitscontrole (beginselen, ISQM 1 en 2, controledossiers, enz.) en de ervaring van het IBR vóór de oprichting van het CTR.

Vergezeld door de autoriteiten van de ONEC werd de delegatie in audiëntie ontvangen door de Eerste voorzitter van het Rekenhof van de DRC, het Nationaal Agentschap voor de Bevordering van Investeringen (ANAPI), het Directoraat-generaal Belastingen (DGI), de Wereldbank (DRC) en het Comité d’Orientation de la Réforme des Finances Publiques (COREF).

Na deze tien drukke dagen kon de delegatie met voldoening vaststellen hoe ver de ONEC was gevorderd met zijn inspanningen op het gebied van zijn accreditatie bij de IFAC; de delegatie kon een kritische blik werpen op de procedures, documenten en reglementen die worden opgesteld en/of bijgewerkt, alsook de praktijkervaring van het IBR in alle betrokken materies delen teneinde de ONEC te kunnen bijstaan. De delegatie kon vaststellen dat de autoriteiten van de ONEC tevreden waren over de actieve medewerking van de delegatie van het IBR door middel van alle constructieve uitwisselingen die plaatsvonden.  Er is natuurlijk nog veel werk aan de winkel voor de ONEC en de opvolging hiervan zal, zoals afgesproken, in samenwerking met het IBR worden verzekerd. Een afsluitende sessie van het bezoek van de delegatie werd georganiseerd met de Nationale Raad van de ONEC en de drie overgebleven leden van de delegatie van het IBR voor een debriefing.

De volgende stap zal zijn de verdere samenwerking met de ONEC om de werking en organisatie van de ONEC in overeenstemming te brengen met de door de IFAC opgelegde regels met het oog op de accreditatie; nog veel ontmoetingen en werkzaamheden in perspectief!